Diagnostische toets les A-6: Coderen van tekst, beeld en geluid

Als het fout is probeer je het opnieuw!

betekent fout
betekent goed
Heb je het antwoord bij de eerste poging goed dan krijg je 10 punten, bij de tweede poging 1 punt en bij de derde poging 0.5 punt.

1.	Bewering I: In een digitaal tekstbestand met platte tekst is elk karakter omgezet in ASCII-code. Bewering II: Als je weinig aan opmaak doet in een Word document zal de bestandsgrootte weinig afwijken van de bestandsgrootte van platte tekst. Welke van de bovenstaande beweringen is juist?
	a) Alleen bewering I is juist.
	b) Alleen bewering II is juist.
	c) Beide beweringen zijn juist.
	d) Beide beweringen zijn onjuist.
2.	Een beeldbestand van 400 x 200 pixels die wordt opgeslagen als een monochrome bitmap heeft een bestandsgrootte:
	a) 10 kB.
	b) 80 kB.
	c) 160 kB.
	d) 640 kB.
3.	Een beeldbestand wordt in vier verschillende formaten opgeslagen. Bij welke van de onderstaande vier formaten ontstaat het grootste bestand?
	a) 256 kleuren bitmap formaat
	b) JPEG formaat
	c) 24 bits bitmap formaat
	d) GIF formaat.
4.	Een digitale foto wordt in het algemeen opgeslagen in:
	a) BMP formaat
	b) GIF formaat
	c) JPEG formaat
	d) TIF formaat
5.	Bij welke digitaal videoformaat wordt de meeste geluidsinformatie en beeldinformatie opgeslagen?
	a) AVI formaat
	b) MPEG 1 formaat
	c) MPEG 2 formaat
	d) MPEG 3 formaat
6.	Bewering I: Bij GIF-compressie wordt een beeld verdeeld in blokken. Van elk blok wordt de gemiddelde kleur opgeslagen en van elk pixel wordt de afwijking van dat gemiddelde opgeslagen. Bewering II: WinZip kan reeds gecomprimeerde bestanden nog kleiner maken. Welke van de bovenstaande beweringen is juist?
	a) Alleen bewering I is juist
	b) Alleen bewering II is juist
	c) Beide beweringen zijn juist.
	d) Beide beweringen zijn onjuist.
7.	Bewering I: Een landkaart kan het best worden opgeslagen in GIF-formaat. Bewering II: Bij toepassing van compressietechnieken wordt overtollige informatie uit bestanden verwijderd. Het hangt van het soort bestand af welke informatie als overtollig kan worden aangemerkt. Welke van de bovenstaande beweringen is juist?
	a) Alleen bewering I is juist
	b) Alleen bewering II is juist
	c) Beide beweringen zijn juist.
	d) Beide beweringen zijn onjuist.
8.	Bij welke digitaal videoformaat wordt de minste geluidsinformatie en beeldinformatie opgeslagen?
	a) AVI formaat
	b) MPEG 1 formaat
	c) MPEG 2 formaat
	d) MPEG 4 formaat
9.	Welk formaat voor digitale geluidsbestanden hoort niet in het rijtje thuis ?
	a) WMA formaat
	b) RA formaat
	c) MP3 formaat
	d) WAV formaat
10.	Het omzetten van een geluidsformaat in een ander geluidsformaat heet ook wel:
	a) compressie.
	b) comprimatie.
	c) compilatie.
	d) conversie.